De zienswijze van de bijbel

Is te veel drinken echt zo erg?

DE DRONKEN sul die iedereen aan het lachen maakt, is al jaren een vast onderdeel op het podium en het witte doek. Hoewel zo’n komiek misschien alleen maar acteert, typeert dit soort van humor de tegenstrijdige houding van velen tegenover stevig drinken. Ze zien het weliswaar als een zwakte, maar vinden het tamelijk onschuldig.

In werkelijkheid valt er natuurlijk niets te lachen. De Wereldgezondheidsorganisatie rekent alcoholmisbruik wereldwijd onder de grootste gezondheidsrisico’s. Naar verluidt veroorzaakt drankmisbruik meer sterfgevallen en ziekten dan het gebruik van enig ander verslavend middel, met uitzondering van tabak. Daarbij kost het alleen al de Amerikaanse economie jaarlijks ruim $184 miljard.

Ondanks deze feiten blijven velen de ernst van overdadig drinken bagatelliseren. Hoewel ze misschien toegeven dat langdurig misbruik schadelijke gevolgen heeft, kan het volgens hen geen kwaad om zo nu en dan eens flink door te zakken. In sommige streken bezien jonge mensen dronken worden als een ritueel dat hoort bij het volwassen worden. En ondanks dringende waarschuwingen van gezondheidsorganisaties blijft ’binge drinking’ — het in korte tijd achteroverslaan van vijf of meer glazen — onder jong en oud schrikbarend toenemen. Het is dus begrijpelijk dat velen zich afvragen of stevig drinken echt wel zo slecht is. Wat zegt de bijbel?

Wijn en sterke drank — Gaven van God

In de bijbel wordt vaak over wijn en sterke drank gesproken. Koning Salomo schreef: „Ga,  eet uw voedsel met verheuging en drink uw wijn met een vrolijk hart, want de ware God heeft reeds een welgevallen gevonden aan uw werken” (Prediker 9:7). De psalmist erkende dat Jehovah God de Gever is van „wijn, die het hart van de sterfelijke mens verheugt” (Psalm 104:14, 15). Het is duidelijk dat wijn een van de gaven is waarmee Jehovah de mensheid zegent.

Jezus had klaarblijkelijk geen bezwaar tegen het drinken van wijn. Zijn eerste wonder was zelfs dat hij op een bruiloft water in uitstekende wijn veranderde (Johannes 2:3-10). Hij gebruikte wijn ook als passend symbool van zijn bloed toen hij het Avondmaal des Heren instelde (Mattheüs 26:27-29). De bijbel maakt bovendien melding van de geneeskrachtige werking van wijn, want de apostel Paulus spoorde Timotheüs aan ’wat wijn te gebruiken ter wille van zijn maag’. — 1 Timotheüs 5:23; Lukas 10:34.

Matigheid is waar het om draait

Merk op dat Paulus adviseerde „wat wijn” te drinken. De bijbel keurt elke vorm van overmatig alcoholgebruik duidelijk af. Joodse priesters mochten met mate drinken als ze geen dienst hadden. Maar het was hun verboden om tijdens hun dienst alcohol te drinken (Leviticus 10:8-11). Jaren later werden eerste-eeuwse christenen gewaarschuwd dat dronkaards „Gods koninkrijk niet zullen beërven”. — 1 Korinthiërs 6:9, 10.

Verder zegt Paulus in zijn instructies aan Timotheüs dat degenen die in de gemeente de leiding nemen, geen ’dronken ruziemakers’ mogen zijn en zich niet mogen ’overgeven aan veel wijn’ (1 Timotheüs 3:3, 8). * De bijbel gebiedt zelfs dat onberouwvolle dronkaards uit de gemeente gesloten moeten worden (1 Korinthiërs 5:11-13). De Schrift formuleert het heel treffend: „Wijn is een spotter” (Spreuken 20:1). Als iemand buitensporig drinkt, kan dat ertoe leiden dat zijn remmingen wegvallen en zijn beoordelingsvermogen vertroebeld wordt.

Waarom Gods Woord overmatig drinken veroordeelt

Als Degene ’die ons leert onszelf baat te verschaffen’, weet Jehovah dat als we ergens misbruik van maken, we uiteindelijk onszelf en anderen zullen schaden (Jesaja 48:17, 18). Dit geldt ook voor het gebruik van alcohol. Gods Woord vraagt: „Wie heeft wee? Wie heeft ongemak? Wie heeft twisten? Wie heeft bezorgdheid? Wie heeft wonden zonder reden? Wie heeft dofheid van ogen?” Het antwoord is: „Zij die lange tijd bij de wijn verblijven, zij die binnenkomen om gemengde wijn uit te zoeken.” — Spreuken 23:29, 30.

Het drinken van te veel alcohol heeft tot allerlei roekeloos en gevaarlijk gedrag geleid: mensen hebben zichzelf en anderen in gevaar gebracht door te rijden onder invloed, ze hebben relaties ernstige schade toegebracht door te amicaal met de partner van een ander om te gaan en ze hebben dwaze of verkeerde dingen gezegd en gedaan (Spreuken 23:33). Alcoholmisbruik is terecht een van de ergste maatschappelijke problemen genoemd waardoor de mensheid tegenwoordig wordt geplaagd. Geen wonder dat God aanspoort: „Kom niet terecht onder hen die zich bedrinken aan wijn”! — Spreuken 23:20.

In Galaten 5:19-21 stelt Paulus drinkgelagen en brasserijen als „werken van het vlees” tegenover de vrucht van Gods geest. Overmatig drinken zal iemands band met God ruïneren. Het is dus duidelijk dat christenen onmatig alcoholgebruik moeten vermijden.

[Voetnoot]