De tong van de kolibrie
Toeval of ontwerp?
De tong van de kolibrie
● Onderzoekers analyseren minieme hoeveelheden bloed, DNA en andere stoffen op een glazen oppervlak ter grootte van een hand. Zulke kleine hoeveelheden vloeistof worden normaal gesproken verplaatst met zuigkracht of een pomp, maar dat is vaak inefficiënt. Is er een betere manier om vloeistoffen op zo’n kleine schaal te transporteren? Volgens dr. John Bush van het Massachusetts Institute of Technology „heeft de natuur die problemen al opgelost”.
Wetenswaardigheid: De kolibrie verspilt geen energie door de nectar van een bloem op te zuigen. In plaats daarvan maakt hij gebruik van de cohesie die ervoor zorgt dat water op een plat oppervlak druppels vormt en de zwaartekracht weerstaat. Wanneer de tong van de kolibrie in contact komt met nectar, zorgt het oppervlak van de vloeistof ervoor dat de tong zich omkrult tot een soort rietje, en de nectar wordt omhooggetrokken. In wezen verbruikt de kolibrie geen onnodige energie doordat hij de nectar zichzelf via het ’rietje’ naar boven en in de richting van zijn bek laat trekken. Kolibries kunnen hun tong wel twintig keer per seconde met nectar vullen.
Dit buisje, dat vanzelf de juiste vorm aanneemt, is ook waargenomen bij waadvogels, die op een soortgelijke manier drinken. Professor Mark Denny van de Stanford-universiteit (Californië, VS) zegt over dit vermogen: „De combinatie van techniek, natuurkunde en toegepaste wiskunde is gewoon schitterend (...) Als je een willekeurige ingenieur of toegepast wiskundige had gevraagd iets te ontwerpen waarmee een vogel water van zijn snavel naar zijn bek kon brengen, zou hij hier niet op gekomen zijn.”
Wat denkt u? Is de tong van de kolibrie — met het vermogen om snel en efficiënt nectar op te nemen — door toeval ontstaan, of is die ontworpen?
[Illustratieverantwoording op blz. 23]
© Richard Mittleman/Gon2Foto/Alamy