Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Heb jij je naaste lief als jezelf?

Heb jij je naaste lief als jezelf?

‘Gij moet uw naaste liefhebben als uzelf.’ — MATTH. 22:39.

LIEDEREN: 73, 36

1, 2. Hoe laat de Bijbel zien hoe belangrijk liefde is?

LIEFDE is Jehovah’s overheersende eigenschap (1 Joh. 4:16). Zijn eerste schepping, Jezus, is eeuwenlang bij hem geweest en leerde zijn liefdevolle persoonlijkheid door en door kennen (Kol. 1:15). Jezus heeft dat voorbeeld van liefde zijn leven lang gevolgd, ook toen hij op aarde was. We kunnen er dus zeker van zijn dat het bestuur onder Jehovah en Jezus voor altijd door liefde zal worden geleid.

2 Toen aan Jezus werd gevraagd wat het grootste gebod in de Wet was, antwoordde hij: ‘“Gij moet Jehovah, uw God, liefhebben met geheel uw hart en met geheel uw ziel en met geheel uw verstand.” Dit is het grootste en eerste gebod. Het tweede, hieraan gelijk, is dit: “Gij moet uw naaste liefhebben als uzelf”’ (Matth. 22:37-39).

3. Wie is onze ‘naaste’?

3 Volgens Jezus komt liefde voor je naaste direct na liefde voor Jehovah. Dat laat zien hoe belangrijk naastenliefde is. Maar wie is onze ‘naaste’? Als je getrouwd bent, is je huwelijkspartner degene die het dichtst bij je staat. Ook onze geloofsgenoten in de christelijke gemeente zijn personen die dicht bij ons staan. Mensen die we in de velddienst ontmoeten, zijn ook onze naaste. Maar hoe tonen we naastenliefde?

TOON LIEFDE VOOR JE HUWELIJKSPARTNER

4. Waarom kan een huwelijk slagen ondanks menselijke onvolmaaktheden?

4 Jehovah voltrok het eerste huwelijk door Adam en Eva te scheppen en ze samen te brengen. Het was zijn bedoeling dat ze samen voor altijd gelukkig zouden zijn en de aarde zouden vullen met hun nakomelingen (Gen. 1:27, 28). Maar opstand tegen Jehovah’s soevereiniteit verstoorde het geluk van het eerste echtpaar en bracht zonde en dood over de hele mensheid (Rom. 5:12). Toch is het voor onvolmaakte mensen mogelijk om een goed huwelijk te hebben dankzij de raad uit de Bijbel. Dat is de beste raad die je over dit onderwerp kunt vinden, omdat die komt van degene die het huwelijk heeft ingesteld. (Lees 2 Timotheüs 3:16, 17.)

5. Hoe belangrijk is liefde in een huwelijk?

5 Gods Woord laat zien dat liefde — een warm gevoel van persoonlijke gehechtheid of diepe genegenheid — onmisbaar is voor gelukkige relaties. Dit geldt zeker voor het huwelijk. Paulus zegt: ‘De liefde is lankmoedig en vriendelijk. De liefde is niet jaloers, ze snoeft niet, wordt niet opgeblazen, gedraagt zich niet onbetamelijk, zoekt niet haar eigen belang, wordt niet geërgerd. Ze rekent het kwade niet aan. Ze verheugt zich niet over onrechtvaardigheid, maar verheugt zich met de waarheid. Ze verdraagt alle dingen, gelooft alle dingen, hoopt alle dingen, verduurt alle dingen. De liefde faalt nimmer’ (1 Kor. 13:4-8). Als we over die woorden nadenken en ze ook toepassen, zullen we een gelukkiger huwelijk hebben.

Gods Woord vertelt hoe we een goed huwelijk kunnen hebben (Zie alinea 6, 7)

6, 7. (a) Wat zegt de Bijbel over gezag in het huwelijk? (b) Hoe moet een christelijke echtgenoot zijn vrouw behandelen?

6 Liefde is om nog een reden belangrijk in een huwelijk. Jehovah heeft het volgende gezagsbeginsel ingesteld: ‘Het hoofd van iedere man is de Christus; de man is op zijn beurt het hoofd van de vrouw en God het hoofd van de Christus’ (1 Kor. 11:3). Maar Jehovah verwacht wel van een gezinshoofd dat hij de leiding op een liefdevolle manier neemt, nooit autoritair of ongevoelig. Hij gaf zelf het voorbeeld door de manier waarop hij met Jezus omging: vriendelijk en onzelfzuchtig. Jezus had daar veel waardering voor, want hij zei: ‘Ik heb de Vader lief’ (Joh. 14:31). Waarschijnlijk zou Jezus dat nooit gevoeld hebben als Jehovah zich autoritair had opgesteld.

7 Hoewel een echtgenoot het hoofd is van zijn vrouw, moet hij haar volgens de Bijbel ‘eer toekennen’ (1 Petr. 3:7). Eén manier waarop een man dat kan doen is door rekening met haar te houden en haar voorkeuren te respecteren. Gods Woord zegt: ‘Mannen, blijft uw vrouw liefhebben, evenals ook de Christus de gemeente heeft liefgehad en zich voor haar heeft overgeleverd’ (Ef. 5:25). Jezus gaf zelfs zijn leven voor zijn volgelingen. Als een man de liefdevolle manier waarop Jezus de leiding neemt navolgt, zal het voor een vrouw veel makkelijker zijn om van haar man te houden, hem te respecteren en onderworpen aan hem te zijn. (Lees Titus 2:3-5.)

TOON LIEFDE VOOR JE BROEDERS EN ZUSTERS

8. Hoe moeten aanbidders van Jehovah hun geloofsgenoten bezien?

8 Over de hele aarde zijn er miljoenen aanbidders van Jehovah, die zijn naam en voornemen bekendmaken. Hoe moeten we elkaar bezien? De Bijbel geeft het antwoord: ‘Laten wij (...) het goede doen jegens allen, maar vooral jegens hen die aan ons verwant zijn in het geloof’ (Gal. 6:10; lees Romeinen 12:10). Petrus schreef: ‘Nu gij uw ziel hebt gezuiverd door uw gehoorzaamheid aan de waarheid, met ongehuichelde broederlijke genegenheid als resultaat, moet gij elkaar intens liefhebben vanuit het hart.’ Ook schreef hij: ‘Hebt bovenal intense liefde voor elkaar’ (1 Petr. 1:22; 4:8).

9, 10. Waarom is er eenheid onder Gods volk?

9 Onze wereldwijde organisatie is echt uniek. Hoe komt dat? Doordat we echt liefde voor elkaar hebben. En vooral doordat Jehovah ons bijstaat met zijn heilige geest, of werkzame kracht. Hij geeft ons die kracht omdat we van hem houden en zijn wetten gehoorzamen. Het is de sterkste kracht in het universum, en die kracht stelt ons in staat om verenigd te zijn in een echte internationale broederschap. (Lees 1 Johannes 4:20, 21.)

10 Paulus benadrukte hoe belangrijk liefde onder christenen was: ‘Bekleedt u dan als Gods uitverkorenen, heilig en bemind, met de tedere genegenheden van mededogen, goedheid, ootmoedigheid des geestes, zachtaardigheid en lankmoedigheid. Blijft elkaar verdragen en elkaar vrijelijk vergeven als de een tegen de ander een reden tot klagen heeft. Zoals Jehovah u vrijelijk vergeven heeft, doet ook gij evenzo. Bekleedt u bij al deze dingen echter met liefde, want ze is een volmaakte band van eenheid’ (Kol. 3:12-14). We kunnen echt dankbaar zijn dat er zo veel liefde is onder Gods volk, ondanks onze verschillen in achtergrond of nationaliteit. Liefde is echt ‘een volmaakte band van eenheid’.

11. Wat wordt door de liefde en eenheid onder Jehovah’s Getuigen bewezen?

11 Oprechte liefde en eenheid identificeren Jehovah’s aanbidders als degenen die de ware religie beoefenen. Jezus zei: ‘Hieraan zullen allen weten dat gij mijn discipelen zijt, indien gij liefde onder elkaar hebt’ (Joh. 13:34, 35). En de apostel Johannes schreef: ‘Hieraan zijn de kinderen van God en de kinderen van de Duivel kenbaar: Een ieder die geen rechtvaardigheid betracht, spruit niet uit God voort, evenmin als hij die zijn broeder niet liefheeft. Want dit is de boodschap die gij van het begin af hebt gehoord, dat wij liefde voor elkaar moeten hebben’ (1 Joh. 3:10, 11). De liefde en eenheid onder Jehovah’s Getuigen kenmerken hen als de ware volgelingen van Jezus: zij zijn degenen die door God worden gebruikt om het goede nieuws van het Koninkrijk over de hele aarde te prediken (Matth. 24:14).

‘EEN GROTE SCHARE’ BIJEENGEBRACHT

12, 13. Wat doen degenen die bij de ‘grote schare’ horen, en wat gaan ze binnenkort meemaken?

12 Het merendeel van Jehovah’s aanbidders maakt deel uit van ‘een grote schare (...) uit alle natiën en stammen en volken en talen’. Ze ‘staan voor de troon [van God] en voor het Lam [Jezus Christus]’. Zij zijn degenen ‘die uit de grote verdrukking komen, en zij hebben hun lange gewaden gewassen en hebben ze wit gemaakt in het bloed van het Lam’, want ze stellen geloof in Jezus’ loskoopoffer. Ze houden van Jehovah en zijn Zoon, en ‘verrichten dag en nacht heilige dienst’ voor Jehovah (Openb. 7:9, 14, 15).

13 Binnenkort zal God deze slechte wereld tijdens de ‘grote verdrukking’ vernietigen (Matth. 24:21; lees Jeremia 25:32, 33). Maar uit liefde zal Jehovah zijn aanbidders als groep beschermen en hen de nieuwe wereld binnenleiden. Zoals bijna tweeduizend jaar geleden is voorspeld, zal Jehovah ‘elke traan uit hun ogen wegwissen, en de dood zal niet meer zijn, noch rouw, noch geschreeuw, noch pijn zal er meer zijn’. Zie jij ernaar uit om in het paradijs te leven als ‘de vroegere dingen voorbij zijn gegaan’? — Openb. 21:4.

14. Hoe groot is de grote schare inmiddels geworden?

14 Toen de laatste dagen in 1914 begonnen, waren er wereldwijd maar een paar duizend aanbidders van Jehovah. Uit naastenliefde en met de hulp van Gods heilige geest volhardde een klein overblijfsel van gezalfde christenen in het predikingswerk. Als gevolg daarvan wordt er nu een grote schare mensen bijeengebracht, die de hoop op eeuwig leven op aarde hebben. Er zijn wereldwijd al ongeveer 8 miljoen Getuigen in meer dan 115.400 gemeenten, en die aantallen blijven toenemen. Er werden bijvoorbeeld tijdens het dienstjaar 2014 meer dan 275.500 nieuwe Getuigen gedoopt — een gemiddelde van zo’n 5300 per week.

15. Beschrijf de omvang van het predikingswerk dat nu wordt gedaan.

15 De omvang van het predikingswerk is opmerkelijk. Onze Bijbelse lectuur wordt in meer dan zevenhonderd talen gepubliceerd. De Wachttoren is het meest verspreide tijdschrift ter wereld. Elke maand worden er meer dan 52 miljoen exemplaren gedrukt, en het tijdschrift verschijnt in 247 talen. En er zijn meer dan 200 miljoen exemplaren van ons Bijbelstudiehulpmiddel Wat leert de bijbel echt? gedrukt in meer dan 250 talen.

16. Hoe komt het dat Jehovah’s organisatie blijft groeien?

16 Onze organisatie blijft groeien omdat we geloof hebben in Jehovah, en omdat we de Bijbel als zijn geïnspireerde Woord aanvaarden (1 Thess. 2:13). Ondanks de haat en tegenstand van Satan, ‘de god van dit samenstel van dingen’, kent Jehovah’s volk uitzonderlijke geestelijke voorspoed (2 Kor. 4:4).

TOON LIEFDE VOOR IEDEREEN

17, 18. Welke houding moeten we hebben tegenover mensen die Jehovah niet aanbidden?

17 Welke houding moeten we hebben tegenover mensen die Jehovah niet aanbidden? Tijdens het predikingswerk krijgen we verschillende reacties: sommige mensen reageren leuk, anderen vijandig. Maar hoe mensen ook reageren, Gods Woord laat zien wat onze houding zou moeten zijn: ‘Uw spreken zij altijd minzaam, gekruid met zout, opdat gij weet hoe gij een ieder een antwoord behoort te geven’ (Kol. 4:6). Als we ons geloof verdedigen, moeten we dat, uit liefde voor onze naaste, ‘met zachtaardigheid en diepe achting’ doen (1 Petr. 3:15).

18 Zelfs als mensen tijdens ons predikingswerk kwaad worden, moeten we naastenliefde tonen en het voorbeeld van Jezus navolgen: ‘Wanneer hij werd beschimpt, ging hij niet terugschimpen. Wanneer hij leed, ging hij niet dreigen.’ In plaats daarvan vertrouwde hij op Jehovah (1 Petr. 2:23). Of het nu om onze broeders en zusters gaat of niet, we moeten altijd nederig zijn en de raad toepassen: ‘Vergeldt geen kwaad met kwaad noch beschimping met beschimping, maar, integendeel, schenkt een zegen’ (1 Petr. 3:8, 9).

19. Welke houding moeten we hebben tegenover tegenstanders?

19 Door nederig te blijven, gehoorzaamt Jehovah’s volk een belangrijk principe dat Jezus heeft gegeven. In zijn Bergrede zei hij: ‘Gij hebt gehoord dat er werd gezegd: “Gij moet uw naaste liefhebben en uw vijand haten.” Ik zeg u echter: Blijft uw vijanden liefhebben en blijft bidden voor hen die u vervolgen, opdat gij er blijk van moogt geven zonen te zijn van uw Vader, die in de hemelen is, want hij laat zijn zon opgaan over goddelozen en goeden en laat het regenen over rechtvaardigen en onrechtvaardigen’ (Matth. 5:43-45). Als aanbidders van Jehovah moeten we leren ‘onze vijanden lief te hebben’, hoe ze ons ook behandelen.

20. Waarom zal de nieuwe wereld vervuld zijn van liefde voor God en van naastenliefde? (Zie beginplaatje.)

20 Op alle terreinen van het leven moeten we door onze houding en daden laten zien dat we van Jehovah en onze naaste houden. Zelfs als mensen niet positief op de Koninkrijksboodschap reageren, tonen we naastenliefde als ze hulp nodig hebben. Paulus schreef: ‘Zijt niemand iets schuldig dan elkaar lief te hebben; want hij die zijn medemens liefheeft, heeft de wet vervuld. Want het wetsreglement: “Gij moogt geen overspel plegen, Gij moogt niet moorden, Gij moogt niet stelen, Gij moogt niet begeren”, en welk ander gebod er ook is, wordt samengevat in dit woord, namelijk: “Gij moet uw naaste liefhebben als uzelf.” De liefde berokkent de naaste geen kwaad; daarom is de liefde de vervulling van de wet’ (Rom. 13:8-10). In deze verscheurde, gewelddadige en slechte wereld die door Satan geregeerd wordt, tonen wij als Jehovah’s Getuigen echte liefde (1 Joh. 5:19). Als Satan, zijn demonen en opstandige mensen er straks niet meer zijn, zal liefde overheersen in alles wat wordt gedaan. Wat zal het geweldig zijn als iedereen op aarde van Jehovah en van zijn naaste houdt!