Is het zo dat Jehovah’s Getuigen huwelijken kapotmaken?
Is het zo dat Jehovah’s Getuigen huwelijken kapotmaken?
„ALS één partner van religie verandert, loopt het huwelijk stuk”, beweren veel mensen. Soms krijgt een getrouwde man of vrouw die een Getuige van Jehovah wil worden deze waarschuwing. Maar is het altijd waar?
Het is begrijpelijk dat het een hele schok kan zijn als iemands partner belangstelling krijgt voor religie, of als hij of zij begint te twijfelen aan langgekoesterde religieuze opvattingen. Zoiets kan verontrustend of teleurstellend zijn en zelfs boosheid veroorzaken.
Vaak is het de vrouw die als eerste de behoefte voelt van religie te veranderen. Als uw vrouw met Jehovah’s Getuigen de Bijbel bestudeert, hoe zou dat dan van invloed kunnen zijn op uw huwelijk? Als u een vrouw bent die contact heeft met Jehovah’s Getuigen, wat kunt u dan doen om eventuele bezorgdheid bij uw man weg te nemen?
Het perspectief van een man
Mark, uit Australië, was twaalf jaar getrouwd toen zijn vrouw met Jehovah’s Getuigen de Bijbel ging bestuderen. „Ik was gelukkig getrouwd en had een voldoening gevende carrière”, zegt Mark. „Het leven was goed. Toen besloot mijn vrouw de Bijbel te gaan bestuderen met Jehovah’s Getuigen. Ik had opeens het gevoel dat mijn leefstijl bedreigd werd. In het begin was ik alleen een beetje van slag door de interesse van mijn vrouw voor de Bijbel, maar toen ze me vertelde dat ze besloten had zich als een van Jehovah’s Getuigen te laten dopen, begon ik me echt zorgen te maken.”
Mark vroeg zich af of zijn huwelijk zou stuklopen door het nieuwe geloof van zijn vrouw. Hij overwoog de Bijbelstudie en elk contact met de Getuigen te verbieden. Maar in plaats van impulsief te reageren, liet Mark er eerst wat tijd overheen gaan. Wat gebeurde er met zijn huwelijk?
„Gelukkig is ons huwelijk nu zelfs sterker dan vroeger”, zegt Mark. „Het is sinds mijn vrouw vijftien jaar geleden als een van Jehovah’s Getuigen gedoopt is, alleen maar beter geworden.” Waardoor hebben ze zo’n geslaagd huwelijk? „Als ik terugkijk komt dat voornamelijk doordat mijn vrouw de goede raad uit de Bijbel
toepast. Ze probeert me altijd met respect te behandelen.”Tips van vrouwen
Als u een vrouw bent die contact heeft met Jehovah’s Getuigen, wat kunt u dan doen en zeggen om eventuele bezorgdheid bij uw man weg te nemen? Kijk eens wat de volgende vrouwen uit verschillende delen van de wereld te zeggen hebben:
Sakiko (Japan): „Ik ben 31 jaar getrouwd en heb drie kinderen. Ik ben nu 22 jaar een Getuige van Jehovah. Het is soms best moeilijk met een man te leven die niet hetzelfde geloof heeft. Maar ik doe mijn uiterste best de Bijbelse raad toe te passen om ’vlug te zijn om te horen, langzaam om te spreken, langzaam met betrekking tot gramschap’ (Jakobus 1:19). Ik probeer vriendelijk tegen mijn man te zijn en tegemoet te komen aan zijn wensen als die niet in strijd zijn met Bijbelse principes. Dat is een hulp geweest om een succes van ons huwelijk te maken.”
Nadezjda (Rusland): „Ik ben 28 jaar getrouwd en ben nu zestien jaar een gedoopte Getuige. Voordat ik de Bijbel bestudeerde, vond ik niet dat mijn man het hoofd van het gezin moest zijn. Ik nam veel beslissingen graag zelf. Maar geleidelijk merkte ik dat het toepassen van Bijbelse principes bijdroeg tot vrede en geluk in ons gezin (1 Korinthiërs 11:3). Langzaam werd het makkelijker voor me om onderworpen te zijn, en mijn man heeft deze veranderingen bij mij opgemerkt.”
Marli (Brazilië): „Ik heb twee kinderen en ben 21 jaar getrouwd. Zestien jaar geleden heb ik me als Getuige laten dopen. Ik leerde dat Jehovah God wil dat echtparen bij elkaar blijven, en niet gaan scheiden. Dus probeer ik een goede vrouw te zijn, en op een manier te spreken en handelen die Jehovah en mijn man gelukkig maakt.”
Larisa (Rusland): „Toen ik ongeveer negentien jaar geleden een Getuige van Jehovah werd, besefte ik dat het het belangrijkste was dat ik dingen in mijn leven veranderde. Mijn man kan zien dat de Bijbel een goede invloed op me heeft — dat ik hem daardoor meer waardeer. Vroeger hadden we vaak onenigheid over de opvoeding van onze kinderen, maar dat is nu geen punt meer. Mijn man vindt het goed dat onze kinderen met mij meegaan naar de religieuze samenkomsten die ik bezoek omdat hij beseft dat ze daar alleen maar leren wat goed voor ze is.”
Valquíria (Brazilië): „Ik heb één kind en ben negentien jaar getrouwd. Dertien jaar geleden werd ik een van Jehovah’s Getuigen. In het begin wilde mijn man niet dat ik aan de openbare prediking meedeed. Maar ik leerde vriendelijk op zijn bezorgdheid te reageren en hem te helpen inzien dat de Bijbel een goede uitwerking op mijn persoonlijkheid had. Mijn man ging langzaam begrijpen hoe belangrijk de prediking voor me is. Nu geeft hij mij alle mogelijke steun bij de dingen die ik voor mijn geloof doe. Als ik een Bijbelstudie moet leiden in afgelegen plattelandsgebied, brengt hij me er zelfs met zijn auto heen en wacht hij buiten geduldig tot ik klaar ben.”
Een kracht ten goede
Als uw partner contact heeft met Jehovah’s Getuigen hoeft u niet bang te zijn dat uw huwelijk daardoor stukloopt. Zoals veel mannen en vrouwen in alle delen van de wereld hebben gemerkt, is de Bijbel in een huwelijk een kracht ten goede.
Een echtgenoot die geen Getuige van Jehovah is, geeft eerlijk toe: „Het deed me eerst toch wel pijn dat mijn vrouw het geloof van Jehovah’s Getuigen aannam, maar nu vind ik dat het allemaal de moeite waard is geweest.” Een andere man zei over zijn vrouw: „Door de trouw, vastberadenheid en integriteit van mijn vrouw heb ik heel veel bewondering voor Jehovah’s Getuigen gekregen. Ons huwelijk heeft veel baat gehad bij haar religieuze overtuiging. We houden altijd rekening met elkaar en bezien ons huwelijk als een levenslang partnerschap.”
[Kader/Illustratie op blz. 13]
Hoe denken Jehovah’s Getuigen over het huwelijk?
Jehovah’s Getuigen bezien de Bijbel als Gods geïnspireerde Woord. Daarom nemen ze wat dat boek over het huwelijk zegt, serieus. Kijk eens naar het Bijbelse antwoord op de volgende vragen:
▪ Moedigen Jehovah’s Getuigen hun leden aan om te scheiden van een huwelijkspartner die geen Getuige is? Nee. De apostel Paulus schreef: „Indien een broeder een ongelovige vrouw heeft en zij het nochtans goedvindt bij hem te wonen, dan moet hij haar niet verlaten; en wanneer een vrouw een ongelovige man heeft en hij het nochtans goedvindt bij haar te wonen, moet zij haar man niet verlaten” (1 Korinthiërs 7:12, 13). Jehovah’s Getuigen houden zich hieraan.
▪ Wordt een vrouw die een Getuige van Jehovah is, aangemoedigd de wensen van haar man te negeren als hij haar geloof niet deelt? Nee. De apostel Petrus schreef: „Gij vrouwen, weest aan uw eigen man onderworpen, opdat, indien sommigen niet gehoorzaam zijn aan het woord, zij zonder woord gewonnen mogen worden door het gedrag van hun vrouw, omdat zij ooggetuigen zijn geweest van uw eerbare gedrag te zamen met diepe achting.” — 1 Petrus 3:1, 2.
▪ Leren Jehovah’s Getuigen dat de autoriteit van een echtgenoot absoluut is? Nee. De apostel Paulus zei: „Ik wil echter dat gij weet dat het hoofd van iedere man de Christus is; de man is op zijn beurt het hoofd van de vrouw en God het hoofd van de Christus” (1 Korinthiërs 11:3). Een christelijke vrouw zal haar man respecteren als het hoofd van het gezin. Maar de autoriteit van een man is niet absoluut. Hij is verantwoording verschuldigd aan God en Christus. Als een man iets van zijn vrouw vraagt waarmee ze Gods wetten zou overtreden, zal een christelijke vrouw dan ook „God als regeerder meer gehoorzamen dan mensen”. — Handelingen 5:29.
▪ Leren Jehovah’s Getuigen dat echtscheiding verboden is? Nee. Jezus Christus zei: „Ik zeg u dat al wie zich van zijn vrouw laat scheiden, behalve op grond van hoererij [seks buiten het huwelijk], en een ander trouwt, overspel pleegt” (Mattheüs 19:9). Jehovah’s Getuigen houden zich dus aan Jezus’ zienswijze dat overspel een grond is voor echtscheiding. Maar ze zijn er ook vast van overtuigd dat een huwelijk niet om onbeduidende redenen ontbonden mag worden. Ze moedigen hun leden aan zich te houden aan Jezus’ woorden: „Een man [zal] zijn vader en zijn moeder verlaten en zich hechten aan zijn vrouw, en de twee zullen één vlees zijn . . . Wat God derhalve onder één juk heeft samengebracht, brenge geen mens vaneen.” — Mattheüs 19:5, 6.