Is Jezus de almachtige God?
Is Jezus de almachtige God?
Veelgehoorde antwoorden:
▪ „Ja, Jezus is de almachtige God.”
▪ „Jezus was de manifestatie van God in het vlees.”
Wat zei Jezus?
▪ „Indien gij mij liefhadt, zoudt gij u verheugen dat ik heenga naar de Vader, want de Vader is groter dan ik” (Johannes 14:28). Jezus erkende dat hij en zijn Vader niet aan elkaar gelijk zijn.
▪ „Ik stijg op naar mijn Vader en uw Vader en naar mijn God en uw God” (Johannes 20:17). Jezus noemde zichzelf niet God maar sprak over God als een afzonderlijke Persoon.
▪ „Ik heb niet uit mijzelf gesproken, maar de Vader, die mij heeft gezonden, heeft mij zelf een gebod gegeven met betrekking tot wat ik zeggen en wat ik spreken moet” (Johannes 12:49). Jezus’ leringen kwamen niet van hem; ze kwamen van de Vader.
JEZUS zei dat hij de Zoon van God was, niet de almachtige God. Als Jezus God zou zijn, tot wie bad hij dan toen hij hier op aarde was? (Mattheüs 14:23; 26:26-29) Jezus zal vast niet gedaan hebben alsof hij tegen iemand anders sprak!
Toen twee discipelen van Jezus hem vroegen om een speciale positie in zijn koninkrijk, antwoordde hij: „Dit zitten aan mijn rechter- en aan mijn linkerhand staat niet aan mij te geven, doch behoort aan hen toe voor wie mijn Vader het heeft bereid” (Mattheüs 20:23). Vertelde Jezus hun een leugen toen hij zei dat het niet aan hem was hun verzoek in te willigen? Nee. In plaats daarvan erkende hij nederig dat alleen God de autoriteit heeft om zulke beslissingen te nemen. Jezus legde zelfs uit dat er een paar dingen waren waarvan noch hij noch de engelen op de hoogte waren maar die alleen zijn Vader wist (Markus 13:32).
Was Jezus alleen lager dan God toen hij als mens hier op aarde was? Nee. Ook na zijn dood en opstanding wordt hij in de Bijbel beschreven als ondergeschikt aan God. De apostel Paulus wijst ons erop dat „God het hoofd van de Christus” is (1 Korinthiërs 11:3). Bovendien voorzegt de Bijbel: „Op het moment dat alles aan hem onderworpen is, zal de Zoon zichzelf onderwerpen aan hem die alles aan hem onderworpen heeft, opdat God over alles en allen zal regeren” (1 Korinthiërs 15:28, De Nieuwe Bijbelvertaling).
Het is duidelijk dat Jezus niet de almachtige God is. Dat is de reden waarom hij zijn Vader „mijn God” noemde (Openbaring 3:2, 12; 2 Korinthiërs 1:3, 4). *
[Voetnoot]
^ ¶12 Zie voor meer informatie over dit onderwerp blz. 201-204 van het boek Wat leert de bijbel echt?, uitgegeven door Jehovah’s Getuigen.
[Inzet op blz. 7]
Jezus zei dat er een paar dingen waren waarvan noch hij noch de engelen op de hoogte waren maar die alleen zijn Vader wist